Pinda-allergie

De pinda, Arachis hypogaea, is een eiwitrijke peulvrucht (30 % eiwit). Men vindt ze zowat overal in onze voeding maar ook in vele non-food producten zoals cosmetica en voeder voor gezelschapsdieren.

Pinda-allergie is een allergie van het type I, gekenmerkt door twee fasen: een vroege en een late fase. De laatste fase kan meerdere uren na de eerste optreden. Pinda-allergie komt meer voor bij kinderen alhoewel men ze ook bij volwassenen kan aantreffen. De gevolgen zijn trouwens ernstiger bij volwassenen dan bij kinderen. Het is een hardnekkige allergie: slechts 20 % van de kinderen worden tolerant bij het ouder worden. Er zijn 11 allergenen geïdentificeerd waarvan er 4 beschouwd worden als majeure allergenen. Het betreft de allergenen Ara h 1, 2, 3 en 6. Wat de sensibilisatie betreft voor de allergenen via de voeding van de moeder (tijdens de zwangerschap en de borstvoeding), is er geen enkele wetenschappelijke studie die het verband heeft kunnen aantonen met de prevalentie voor pinda-allergie.

De cijfers over prevalentie verschillen van land tot land. Sommige studies bevestigen dat ze de laatste jaren stijgen terwijl andere spreken van een stagnatie. De meeste studies betreffen kinderen. Er zijn weinig gegevens bekend voor volwassenen. Gezien de verschillende methoden die gebruikt worden om resultaten te bekomen is het moeilijk om conclusies te trekken. Het verschil zou in ieder geval rond de 1 % liggen. Men heeft een gelijkaardig probleem voor wat betreft de reactogene dosissen. De gebruikte methoden, de geteste bevolkingsgroepen, de toegediende dosissen, enz… zijn factoren die erg variëren naargelang het protocol. Dit bemoeilijkt erg de vergelijkingen tussen de resultaten. Doordat bovendien een ernstig risico verbonden is aan deze allergie is het niet mogelijk om de patiënten te testen die gevaar lopen op een anafylactische reactie. De laagste geregistreerde dosissen kunnen sterk variëren, afhankelijk van de drager van het allergeen (pindameel, pinda-eiwitten en gehele pinda’s). Het is momenteel onmogelijk om een exacte dosis te bepalen voor een populatie.

Wat de symptomen betreft behoort pinda-allergie tot één van de ernstigste allergieën. Verschillende systemen worden aangetast (ademhaling, huid, cardiovasculair stelsel, vertering, enz.) wat kan leiden tot een anafylactische reactie soms met de dood voor gevolg. De meest voorkomende symptomen zijn huidproblemen. De provocatietest is de gouden standaard voor het stellen van de diagnose. Deze duurt echter langer, is duurder en houdt een groter risico in voor de patiënten dan de priktest of het doseren van de specifieke IgE’s die daarentegen een zwakkere positieve voorspellende waarde hebben. Maar wat ook de gebruikte methode is, het achterhalen van de klinische geschiedenis is onmisbaar. De behandeling van de patiënt met pinda-allergie berust thans nog op de totale eliminatie van het allergeen. Dit vertaalt zich soms in een heel strikt dieet. De behandeling met een dergelijk dieet wordt echter meer en meer betwist vooral wanneer men streeft naar een evenwicht tussen baten en risico’s. De meeste auteurs raden aan om ieder geval afzonderlijk te bekijken ten einde een dergelijk streng dieet gemakkelijker te maken om te volgen en de impact op de levenskwaliteit te beperken. De spoedbehandeling van een anafylactische reactie bestaat uit het toedienen van een injectie met epinefrine (er zijn soms 2 injecties nodig), zo vlug mogelijk na het optreden van de symptomen. Deze kan samengaan met corticosteroïden en antihistaminica. De patiënt zal verschillende uren in observatie moeten blijven in een aangepaste medische instelling omwille van het risico op de tweede fase van de reactie, die enkele uren later kan optreden.

Bij pinda-allergie kunnen er kruisreacties optreden met lupinen, soja, erwten, de notenfamilie en berkenpollen. Er werden ook gevallen van kruisreactie vastgesteld tussen de pinda en pitten van citrusvruchten.

Technologische processen beïnvloeden de allergeniciteit van pinda’s, om te beginnen bij het roosteren. Er werd inderdaad aangetoond dat deze bewerking het allergeen vermogen van de pinda sterk verhoogt wat niet het geval is bij frituren of bij koken. Bij andere processen wordt de allergeniciteit gereduceerd zoals bij de werking van zuren, ionen, elektrische velden en enzymen. Ook het potentieel allergisch vermogen van de oliën wordt beïnvloed door technologische processen: geraffineerde arachideolie blijkt minder risico in te houden voor allergische personen daar ze nog nauwelijks eiwitresiduen bevat. Ruwe olie of koud geperste olie daarentegen bevat nog een zekere hoeveelheid eiwitten, voldoende om een reactie te veroorzaken bij gevoelige personen. Voorzichtigheid blijft de boodschap voor alle patiënten met pinda-allergie.

Pinda’s moeten verplicht vermeld worden op de etiketten van voedingsmiddelen. De wetgeving heeft echter haar beperkingen. Zo geldt ze bij voorbeeld niet voor niet-voorverpakte voedingsmiddelen en zegt ze niets over de te volgen procedure in geval van risico op een kruisreactie.

De impact van pinda-allergie op de levenskwaliteit van patiënten is belangrijk niet alleen voor de patiënten zelf maar ook voor hun gezin en hun entourage.

 

 

 

   
© ciriha

Connexion